‘Het kan ze niet schelen,’ schreef Bieke Purnelle niet zonder enige verbittering onlangs in De Standaard. Ze had het over de resultaten van De Grote Peiling waaruit zou moeten blijken dat de ingezetenen van dit land, mochten er vandaag verkiezingen zijn, in belangrijke mate zouden stemmen voor partijen die de klimaatverandering hetzij minimaliseren hetzij ontkennen. Het enige wat velen kan schelen is de eigen portemonnee, concludeerde ze.
Hoewel ik het vaak met haar eens ben, deze keer is dat absoluut niet het geval.
Natuurlijk klopt het dat veel mensen zich momenteel zorgen maken over hun portemonnee. Maar corona en de hoge energiefacturen hebben er bij velen stevig ingehakt. Wie geldzorgen heeft, heeft weinig mentale ‘bandbreedte’ op overschot om zich ook nog eens zorgen te maken over de klimaatverandering, de biodiversiteitsramp of de rechten van de Palestijnen. Het is dan heel menselijk om zich te focussen op de eigen problemen. Sterker nog: het is dan zelfs heel menselijk om die andere problemen even van zich af te schuiven. Wie heeft zich nog nooit ‘bezondigd’ aan de ‘nu even niet’-reactie? Als je zelf al aan het zwalpen bent, moeten ze niet met andermans of nog grotere problemen op de lange termijn aan je hoofd komen zeuren.
Dat is niet alles. Daar bovenop is er ook nog de paradox dat we ons sommige dingen niet aantrekken omdat we ze ons te hard aantrekken. De onlangs overleden Britse auteur Martin Amis legde dat mooi uit in ‘Het tweede vliegtuig’, het boek dat hij schreef over 9/11. Volgens pyschohistorici, schreef hij, bestaan er ‘twee innerlijke mechanismen die ons in staat stellen enige tijd met een onverdraaglijke waarheid te leven: vervlakking (waarbij het ik wordt ontdaan van affect), en verdubbeling (waarbij het ik zich opdeelt in een wetende en een niet-wetende hersenhelft)’ (blz. 139). Het zich niet aantrekken is eerder een mechanisme om te overleven dan een blijk van egoïsme.

Jenny Offill wijst in haar prachtige roman ‘Weersverwachting’ – een mozaïekachtige schets van het leven tegen de achtergrond van een zich voltrekkende klimaatramp – dat na elke ramp ‘een periode (volgt) waarin de meeste mensen maar wat rondlopen en proberen te achterhalen of het echt een ramp is. Rampenpsychologen gebruiken de term ronddarren om het standaardgedrag van mensen te beschrijven wanneer ze zich in een beangstigende nieuwe situatie bevinden.’ (blz. 136)
Daar zijn we nu volop mee bezig. We darren rond, ons afvragend of wat we zien echt is en is wat we denken dat het is, inwendig prevelend dat dit toch niet waar kan zijn…
Hoe veel begrip ik ook heb voor de schijnbaar apathische houding van velen, zo weinig begrip heb ik voor de politici en de partijen die, al dan niet pauzeknopgewijs, willen meesurfen op de natuurlijke wegkijkreactie. Nee, voor politici mogen we de lat echt wel iets hoger leggen.

Dat gezegd zijnde is de nieuwe condition humaine mijns inziens een van de grootste uitdagingen van deze tijd: hoe blijf je overeind in de existentiële crisis waarin we ons als mensheid bevinden?
Het antwoord op die vraag ken ik ook niet. Ik ben een zoekende onder de zoekenden die ook zijn dagen ‘van nu even niet’ heeft. Het is misschien raar om te zeggen, maar ik dénk dat de lezing die ik op 12 oktober in het CC ’t Schaliken (in mijn hometown Herentals) zal houden in essentie daarover zal gaan.
Nu we onze comfortzone noodgedwongen verlaten, is de beste manier om daar achter te komen wellicht het verlaten van mijn eigen comfortzone. Vandaar dat de lezing een ‘lees-zing’ wordt, met de gewaardeerde inbreng van muzikaal talent Hans Rombouts. Tickets bestel je hier.
Verder lezen?
AMIS MARTIN, Het tweede vliegtuig, Veertien reacties op 11 september, Uitgeverij Contact, Amsterdam/Antwerpen, 2008, 192 blz.
OFFILL JENNY,Weersverwachting, De Geus, Amsterdam, 2020, 239 blz.
PEETERS KRIS, Weg van het systeem, Wakker in een ander tijdperk, Uitgeverij Vrijdag, Antwerpen, 2022, 328 blz.