Als fietsen je grootste mobiliteitsprobleem worden, dan ben je goed bezig. Dat dacht ik vorige woensdag toen ik een bezoek bracht aan het Nederlandse Delft.
Voor ik dat kon denken had ik me wel door een harde schil van autoverkeer en de grootschalige infrastructuur die daarbij hoort moeten ploeteren, maar eenmaal aanbeland in de fijnmazige middeleeuwse kern was het al fiets wat de klok sloeg.
Dat dit geen slechte zaak voor je binnenstad is, wat middenstanders voor elke mobiliteitsomslag in elke stad opnieuw en opnieuw geloven en beweren (zoals dezer dagen in Gent en in Leuven), viel niet alleen op door de afwezigheid van leegstand en de aanwezigheid van een gezellige drukte. Het werd toevallig dezelfde dag nog bevestigd door de ‘vitaliteitsbenchmark’ van Goudappel Coffeng die Delft de ‘6e vitaalste binnenstad’ van Nederland noemt. Na Amsterdam, Utrecht, Den Haag, Rotterdam en Haarlem, allicht niet toevallig allemaal steden die zich de afgelopen jaren (nog) consequenter op voetgangers, fietsers en openbaar vervoer zijn gaan oriënteren.
Dat gezegd zijnde: ook fietsers zorgen voor problemen. Al zijn die klein bier met door de auto veroorzaakte problemen. De emissieproblemen beperken zich tot de slechte adem van deze of gene. Hier en daar moet je als voetganger echt uit je doppen kijken voor gehaaste fietsers. En er is het probleem van de ongewenste ‘langstallers’. In het geval van fietsen betekent dat vaak écht lang – iets dat soms richting eeuwigheid neigt. Dat is vervelend natuurlijk. Niet alleen vreten weesfietsen ruimte die voor anderen had kunnen dienen, ze degraderen de publieke ruimte ook tot een opslagplaats voor oud ijzer. Langparkeerders zorgen er ook voor dat de fietsparkeerdruk verschuift van de daartoe voorziene plekken naar de trottoirs.
In Delft zijn ze dus twee jaar geleden begonnen te experimenteren met zogenaamde ‘fietsparkeervakken’. In de belangrijkste winkelstraten werden de ‘fietsnietjes’ verwijderd en verplaatst naar de zijstraten. Op de vrijgekomen ruimte kwamen ‘fietsparkeervakken’: vakken waarbinnen je je fiets op de eigen staander kan plaatsen. Ideaal voor kortparkeerders, niet handig voor wie z’n ros wat langer wil achterlaten.
Voor die mensen zijn er gratis bewaakte fietsenstallingen op loopafstand of de al vermelde verplaatste ‘fietsnietjes’ – die gelijk ook dienen om ongewenst kanaalbezoek te voorkomen.
Het lijkt te werken. De meeste fietsen worden keurig binnen de lijntjes gezet en ook met het gevreesde domino-effect (één fiets valt om en zorgt ervoor dat de hele rij meegaat) leek het mee te vallen. Het enige wellicht ongewenste neveneffect dat ik kon vaststellen is dat scooters een stuk van de vrijgekomen fietsruimte veroveren.
Ik heb maandag nog hartsgrondig gevloekt op Oostende: op de hoek van de Witte Nonnenstraat en de Kapellestraat (belangrijkste winkelstraat) stonden amper 8 plaatjes om fietsen te stallen, met heel wat vrije ruimte er naast. De vrije ruimte werd ingenomen door fietsen die noodgedwongen hun staander moesten gebruiken -of tegen een buur moesten leunen, voor wie geen staander had.
Maar nu leer ik hier dat ze in Oostende, hoewel ze geen aparte parkeervakken hebben, toch gewoon heel erg mee, of zelfs voor zijn op hun tijd 🙂
LikeLike
Liever duizend fietsen dan 100 auto’s als je het mij vraagt! Goed bezig, inderdaad ook in mijn Gent.
LikeLike
Enkele weken geleden was ik voor de eerste keer in Amsterdam. Het was alsof ik in een andere wereld terechtkwam; zoveel wandelaars en fietsers op straat! Ik stond er echt met open mond naar te kijken.
Het is inderdaad uitkijken als je de straat oversteekt maar fietsfiles heb ik eigenlijk niet gezien.
LikeLike
Hierbij mijn bedenkingen bij het gebruik van fietsparkeervakken versus fietsnietjes:
1) enkel in een fietsparkeervak kan een hele rij fietsen omvallen.
2) scooters kunnen zich op fietsparkeervakken parkeren, maar ook tussen fietsnietjes.
3) fietsers die hun fiets achterlaten voor de eeuwigheid dit ook doen op een fietsparkeervak.
4) fietsparkeervakken voor de lokale gemeente handiger zijn om weesfietsen in te laden, maar ook gemakkelijker voor professionele dievenbendes om gelijk welke fiets in te laden.
Nederland heeft ook gewoonweg heel veel fietsen om te parkeren. Namelijk 1,3 fietsen per inwoner. Inderdaad, er zijn daar meer fietsen dan mensen 🙂
https://www.fietsersbond.nl/ons-werk/mobiliteit/fietsen-cijfers/
LikeLike
[q]3) fietsers die hun fiets achterlaten voor de eeuwigheid dit ook doen op een fietsparkeervak.[/q] Omdat men de fiets niet aan iets kan vastmaken zullen maar weinig mensen hier een fiets voor langer dan een uur willen stallen. Dat het kan betwijfel ik niet, maar praktisch zal het vrijwel niet voorkomen.
LikeLike
Mogen we dit stukje gebruiken in ons tijdschrift van de fietsersbond Brugge ? Er zijn nl meerdere parallellen te trekken tussen de beide steden.
We vermelden auteur en publicaties.
LikeLike